Ik hoop dat jullie er van genoten hebben want ik vind dit een prachtig liedje. Bij de poëziekenners onder jullie komt de tekst waarschijnlijk wel bekend voor. Het is de tekst van het gedicht Envoi van Hugo Claus vertaald in het Engels. Enkele jaren geleden vertaalde Bert Ostyn, de frontman van Absynthe Minded, het gedicht om een liedje mee te maken. Dit deed hij naar aanleiding van de Gedichtendag. Met het liedje won de groep ook de Mia voor 'Hit van het jaar'. Hieronder kunnen jullie ook nog eens het gedicht van Hugo Claus lezen. Veel lees en luister plezier!
ENVOI
Mijn verzen staan nog wat te gapen.
Ik word dit nooit gewoon.
Zij hebben hier lang genoeg gewoond.
Genoeg.
Ik stuur ze 't huis uit,
ik wil niet wachten tot hun tenen koud zijn.
Ongehinderd door hun onhelder misbaar
wil ik het gegons van de zon horen
of dat van mijn hart, die verraderlijke spons die verhardt.
Mijn verzen neuken niet klassiek,
zij brabbelen ordinair of brallen al te nobel.
In de winter springen hun lippen,
in de lente liggen zij plat bij de eerste warmte,
zij verzieken mijn zomer
en in de herfst ruiken zij naar vrouwen.
Genoeg. Nog twaalf regels lang op dit blad
hou ik ze de hand boven het hoofd
en dan krijgen zij een schop in hun gat.
Ga elders drammen, rijmen van een cent,
elders beven voor twaalf lezers
en een snurkende recensent.
Ga nu, verzen, op jullie lichte voeten,
jullie hebben niet hard getrapt op de oude aarde
waar de graven lachen als zij hun gasten zien,
het ene lijk gestapeld op het andere.
Ga nu en wankel naar haar
die ik niet ken.
Mijn verzen staan nog wat te gapen.
Ik word dit nooit gewoon.
Zij hebben hier lang genoeg gewoond.
Genoeg.
Ik stuur ze 't huis uit,
ik wil niet wachten tot hun tenen koud zijn.
Ongehinderd door hun onhelder misbaar
wil ik het gegons van de zon horen
of dat van mijn hart, die verraderlijke spons die verhardt.
Mijn verzen neuken niet klassiek,
zij brabbelen ordinair of brallen al te nobel.
In de winter springen hun lippen,
in de lente liggen zij plat bij de eerste warmte,
zij verzieken mijn zomer
en in de herfst ruiken zij naar vrouwen.
Genoeg. Nog twaalf regels lang op dit blad
hou ik ze de hand boven het hoofd
en dan krijgen zij een schop in hun gat.
Ga elders drammen, rijmen van een cent,
elders beven voor twaalf lezers
en een snurkende recensent.
Ga nu, verzen, op jullie lichte voeten,
jullie hebben niet hard getrapt op de oude aarde
waar de graven lachen als zij hun gasten zien,
het ene lijk gestapeld op het andere.
Ga nu en wankel naar haar
die ik niet ken.
Hugo Claus
Elien Van Echelpoel
Geen opmerkingen:
Een reactie posten